總網頁瀏覽量

2014年3月5日 星期三

mijn jeugd

Ik beschrijf iets uit mijn jeugd.

Nu heb ik 5 kinderen. Ze hebben heel veel speelgoed. Na het spelen moet ik heel veel opruimen. Toen ik aan het opruimen was, herinnerde ik me mijn jeugd. Toen ik jong was, had ik niet zo veel speelgoed. Ik wist dat ik mijn speelgoed goed bewaren moest. Vroeger had ik ook geen computer. Ik ging altijd naar het park of ik ging bij mijn vriendin op bezoek. Ik kon de hele dag door touwtje  springen met mijn vriendin.

Ik hield ervan om naar buiten te gaan. Ik voelde me vrij. Een grote hemel, een lange straat, frisse lucht, wat fijn! Mijn moeder zei altijd:"waar is mijn dochter?" Ik was alleen met etenstijd en bedtijd wel thuis.

Ik was tevreden over mijn leven tijdens mijn jeugd. Maar ik was niet zo tevreden over mijn ouders. Ze waren  altijd hard aan het werken. Ze hadden geen tijd om voor ons te zorgen. Dus ik stond niet zo dichtbij mijn moeder.

Mijn conclusie is, mijn kinderen hebben het beter dan ik in mijn jeugd. Ze hebben veel speelgoed en ze hebben een goede moeder. Ik kan altijd voor mijn kinderen zorgen.

2 則留言: